Latijnse Keizerrijk en het einde van de Byzantijnen
De Vierde Kruistocht (1202-1204) had aanvankelijk als doel Jeruzalem te bevrijden van de moslims. Maar in plaats van door te varen naar Jeruzalem, omsingelden de katholieke kruisvaarders Constantinopel, de zetel van de oosters-orthodoxe kerk. De stad werd veroverd en het Latijnse Keizerrijk was een feit. Een groot gedeelte van het Byzantijnse Rijk, waaronder het huidige Griekenland, kwam hiermee onder controle van de kruisvaarders. Toen de Byzantijnse keizer Constantinopel wist te heroveren in 1261, was het definitief gedaan met de macht van het oude Oost-Romeinse Rijk. Een kleine tweehonderd jaar later viel de stad ten prooi aan de Ottomanen.